“Nou meneer Zwinkels, ik moet zeggen, uw boekenkast verrast me wel. Wat zie ik hier allemaal staan zeg. Een hele plank Harry Mulisch. Tot en met zijn laatste boek aan toe. En zo te zien ook allemaal gelezen. Dat u daar de tijd voor heeft met zo’n druk tuinbouwbedrijf.”
“Zeg maar Wim hoor. Die boeken van Mulisch zijn van mijn vrouw. Die vindt dat een fascinerende man. Ikzelf vul net zo lief een belastingaangifteformulier in asdat ik een boek van Mulisch lees.”
“Maar ik zie hier ook een hele plank met science fiction. Dat is dan misschien meer uw smaak?”
“Nee, die zijn van mijn zoon. Istie helemaal weg van. Persoonlijk vind ik al die moderne eisen op het gebied van hygiëne en voedselveiligheid en al die registratieformulieren, die je er voor moet bijhouden, science fiction genoeg.”
“O nee, ik zie het al, u houdt meer van boeken over geschiedenis. Herfsttij der Middeleeuwen, Napoleon historie en legende, Geert Mak…”
“Ik moet je teleurstellen. Dat is allemaal van mijn jongste dochter. Studeert geschiedenis. Niks voor mij. Ik zou daar maar heimwee van krijgen naar de goeie ouwe tijd toen je je tomaten nog bij de veiling om de hoek kon brengen en voor de middag wist wat je er voor kreeg.”
“En van wie is die dikke pil met het verzameld werk van Franz Kafka?”
“Ja, nee, díe is van mij. Verplichte vakliteratuur voor de hedendaagse ondernemer.”
Rik Prikkel 12(boekenweek)/2001
Geen opmerkingen:
Een reactie posten