dinsdag 2 oktober 2012

Divers denken

Als een aardige vent met een slecht plan komt, dan vraag je hem vriendelijk om zijn huiswerk over te doen.

Als een vervelende kerel met een goed verhaal komt, dan lees je het twee keer extra door, want is het wel écht zo goed?

Als een notoire wijsneus de bouwvalligheid van een heilig huisje signaleert, dan reageren de bewoners van dat huisje meestal gepikeerd. Terwijl ze toch eigenlijk gauw het huisje zouden moeten verlaten om samen met de alarmeerder eens goed te kijken of er inderdaad instortingsgevaar dreigt.

De wijsneus van dienst was vorige week filosoof Bas Haring. Hij schreef naar aanleiding van 2010 Jaar van de Biodiversiteit een boek getiteld Plastic panda’s. Kernvraag van het boek is: Hoe erg is het als er dier- of plantensoorten uitsterven?

Heel erg, vindt de goegemeente die in 2010 biodiversiteit tot het vlaggenschip van de milieubescherming uitriep. En denkend aan de verdwijnende tijger, de bedreigde neushoorn en de in het nauw gedreven olifant kun je daar zo op het gevoel een eind in meegaan. En lees je dat er maar liefst 24.216 soorten dieren en planten met uitsterven worden bedreigd, dan denk je: dat gaat helemaal de verkeerde kant op met onze natuur.

Filosoof Haring durft in het debat zelfs te zeggen dat het helemaal geen verwerpelijke keuze hoeft te zijn om grote delen van het tropisch regenwoud op te offeren aan de landbouw, teneinde de hongerende massa’s wat meer voedselzekerheid te kunnen bieden. Hij benadrukt nog dat hij wel degelijk vindt dat we niet straffeloos overal natuur als zodanig kunnen vernietigen. Het is hem te doen om de vraag hoe divérs die natuur nou per se moet wezen om toch goed gebalanceerde biotopen te kunnen handhaven. Maar het is al te laat. Twitteraars en briefschrijvers gaan al verontwaardigd in op de voorbeelden die Haring noemt in nieuwsberichten hierover. Een inhoudelijke vergelijking van argumenten, daar is natuurlijk ook geen ruimte in een tweet van 140 tekens.

Vorige week kwamen de teeltadviseurs in de tuinbouw met het bericht dat ze twijfelen aan het nut van sociale media. Daarmee plaatsen ze zich op het erepodium van dappere luchtbeldoorprikkers, naast die brave Bas met zijn vraagtekens bij de korenwolf en de 85ste variant van wat toch eigenlijk hetzelfde tropische woudkikkertje is . Ik kreeg bij het lezen van de opinie van de nuchtere teeltvoorlichters onwillekeurig een beeld van vergrijsde mannetjes met hele oude mobiele telefoontjes met zwaar bekraste hele kleine venstertjes waarop geen enkel logo zou passen van wat voor smartphone-app dan ook. Ik ben geen unieke denker, dus ik weet zeker dat meer mensen dat weinig flatteuze beeld voor ogen kregen. Dát willens en wetens riskeren, dat getuigt van ouderwetse moed.

Rik Prikkel

November 2011

Geen opmerkingen:

Een reactie posten